Vier manieren om sporenmateriaal te transporteren zonder de chain of custody te verliezen

Onderzoek aan sporenmateriaal vindt op verschillende locaties plaats. Het vervoeren van bewijsmateriaal tussen de verschillende locaties vindt soms een aantal keer plaats in een traject. Dit is mede afhankelijk van het soort materiaal, de onderzoeken die worden uitgevoerd en de betrokken onderzoekspartijen.

Transport is een kwetsbaar element in de keten. Tijdens het transport dient de integriteit van het materiaal geborgd te blijven. Het materiaal wordt tijdelijk overgedragen aan een partij die geen rol speelt in de onderzoeksketen of kennis heeft van omgang met sporenmateriaal. Toch dient de integriteit van het materiaal bewaard te blijven, zodat gedegen onderzoek uitgevoerd kan worden en de resultaten betrouwbaar en representatief voor het originele onderzoeksmateriaal zijn.

Het transport waar een opdrachtgever vaak ook een rol in speelt is het eerste transport vanaf de opdrachtgever (of de locatie waar het materiaal is aangetroffen) naar het onderzoeksinstituut.

In dit artikel beschrijf ik vier manieren van het vervoeren van bewijsmateriaal.

1. Vervoer door een medewerker van het onderzoeksinstituut

Wanneer het materiaal wordt veiliggesteld op locatie, zal het materiaal tevens worden getransporteerd door een medewerker van het onderzoeksinstituut. Op deze wijze speelt de opdrachtgever van het onderzoek geen rol in de chain of custody. Vanaf het opnemen van het materiaal op de vindplaats bevindt het materiaal zich immers in de verantwoordelijkheid van het onderzoeksinstituut.

Een medewerker van het onderzoeksinstituut kan het materiaal ook gaan ophalen bij de opdrachtgever.

2. Transport door de opdrachtgever

Als het materiaal reeds langere tijd in bezit is van de opdrachtgever en het hanteren van het materiaal door de opdrachtgever geen (nadelige) effecten heeft op de uit te voeren onderzoeken, kan de opdrachtgever zelf het materiaal naar het onderzoeksinstituut brengen.

Dit kan bijvoorbeeld bij documenten die worden onderworpen aan een handschriftvergelijkend onderzoek. Het hanteren van het document door de opdrachtgever heeft geen gevolgen voor het aanwezige handschrift. Als er ook een dactyloscopisch onderzoek dient te worden uitgevoerd aan het document, wordt eigen vervoer afgeraden. De kans dat de aanwezige sporen worden verstoord en/of nieuwe sporen worden aangebracht is erg groot.

Bij eigen vervoer van het materiaal door een opdrachtgever, zal een medewerker van het onderzoeksinstituut heldere aanwijzingen geven over de wijze van verpakking en transport van het materiaal.

3. Vervoer per koerier

Zendingen die per koerier worden getransporteerd van A naar B, worden door de vervoerder van deur tot deur gebracht. Hierbij heeft men dus tijdens het transport maar met één persoon te maken. Deze koerier wordt dus ook opgenomen in de chain of custody. Ook al voert de koerier geen verdere (onderzoeks)handelingen aan het materiaal uit, en heeft hij zelfs geen weet van het materiaal dat hij vervoert; hij draagt wel de verantwoordelijkheid voor het materiaal in de periode tijdens het transport.

4. Verzending per aangetekende post

Poststukken of pakketten die aangetekend worden verstuurd, kunnen worden gevolgd tijdens het transport. Op verschillende momenten tijdens het transport wordt geregistreerd waar het pakket zich bevindt, en wat ermee gebeurt. De afzender kan met een code zijn zending volgen. Deze gegevens kunnen worden opgenomen in de chain of custody.

Bij aflevering van het poststuk of pakket wordt een handtekening gevraagd van de ontvanger. Deze handtekening geldt als bewijsmiddel voor aflevering/ontvangst van het poststuk.

Keuze van de methode

Er zijn verschillende wijzen van transport van onderzoeksmateriaal. Afhankelijk van verschillende factoren zal steeds moeten worden gekozen voor de methode waarbij zowel de chain of custody bewaard blijft als de integriteit van het materiaal wordt geborgd.

Samen naar de waarheid!
Cynthia