Voordat contact wordt opgenomen met een opsporingsinstantie (publiek of privaat) is er altijd een moment dat de contactpersoon al weet dat er sporen zijn, en de opsporingsinstantie nog niet.
Op dit moment en in het tijdsbestek tot op het moment dat een onderzoeker je advies kan geven over je handelswijze, kun jij het opsporingsonderzoek helpen door juist te handelen en je handelingen te registreren.
Het sterke advies dat altijd wordt gegeven, wanneer je in aanraking komt met sporenmateriaal of aanwezig bent bij een incident:
Blijf eraf.
Dat is makkelijk gezegd en het lijkt ook makkelijk gedaan.
In veel situaties is het echter bijna niet mogelijk om helemaal aan dit twee-woorden-advies te voldoen.
Stel dat je ‘savonds thuis komt en dat je nietsvermoedend je huis binnengaat. Pas wanneer je na een kwartier de keuken binnenloopt zie je dat de keukendeur is opengebroken.
Je bent inmiddels al in verschillende ruimten geweest en hebt blindelings meubels aangeraakt en spullen weggezet en verplaatst.
Of een cliënt komt bij je om te vertellen over zijn situatie. Je vraagt hem naar alle aspecten, en vervolgens overhandigt hij je een plastic tasje. Als je de inhoud uit het tasje haalt blijkt het een dreigbrief en een bebloed kledingstuk te zijn.
Je cliënt vertelt dan pas dat hij deze zaken in zijn post heeft gevonden.
Je hebt de spullen met blote handen uit het tasje gehaald.
In beide bovenbeschreven situaties is het ‘blijf-eraf-advies’ al te laat. Je hebt zelf de sporen al aangeraakt.
Every contact leaves a trace
Elke keer dat twee materialen fysiek met elkaar in contact komen, blijven er op beide materialen sporen van dit contact achter.
Op dit principe is het forensisch onderzoek gestoeld.
Het betekent echter ook, dat ook het contact dat jij met de materialen hebt gehad, sporen achterlaat.
Soms is het al te laat op het moment dat je je realiseert dat je te maken hebt met sporenmateriaal. Soms ook niet. Als je voor het eerst in aanraking komt met materialen die mogelijk sporen bevatten, kun je met je eigen handelen voorkomen dat er extra sporen (van contact) worden toegevoegd aan de materialen.
Safety first
- Je allereerste prioriteit wanneer je voor het eerst realiseert dat je in de omgeving bent van sporenmaterialen, is je eigen veiligheid. Niemand heeft er iets aan als je gewond raakt door aanwezige glasscherven of onbekende (wellicht bijtende) chemische stoffen.
- Je tweede prioriteit is de veiligheid van anderen. Probeer ervoor te zorgen dat er ook niemand anders gewond raakt.
Beschermen van de aanwezige sporen
- Wanneer je je eenmaal realiseert dat je in de omgeving bent van sporen die wellicht nader onderzocht kunnen worden, handel dan alsnog volgens het advies. Blijf eraf.
Every contact leaves a trace, dus probeer ervoor te zorgen dat er geen contact meer plaatsvindt tussen de sporen en andere materialen of personen. Leg materiaal dat je vasthoudt weg en blijf uit de buurt van locaties waar mogelijk sporen aanwezig zijn.
- Noteer vervolgens alles wat je hebt gedaan voordat je je realiseerde dat het materiaal sporen betrof.
Onderzoekers kunnen met deze aantekeningen besluiten nemen over de onderzoeken die kunnen worden uitgevoerd, en rekening houden met jouw handelingen bij het interpreteren van onderzoeksresultaten.
Is onderzoek nog wel mogelijk?
Het is niet erg als je sporenmateriaal hebt aangeraakt. In veel gevallen zal onderzoek alsnog mogelijk zijn. Maar het is voor de onderzoekers wel belangrijk om te weten welke ‘traces’ zijn achtergebleven door het incident, en welke sporen afkomstig zijn van onbewust handelen door jou of door bijvoorbeeld je opdrachtgever of cliënt.
Samen naar de waarheid!
Cynthia